Inhoud
Met de benaming ‘ancien regime’ wordt de periode uit de Europese geschiedenis aangeduid tussen de middeleeuwen en de Franse Revolutie. Het is een tijd waarin de meerderheid van de Europese bevolking nog van de landbouw leeft en in kleine dorpen op het platteland woont. De maatschappelijke relaties worden beheerst door de verdeling van de samenleving in standen. Het bestuur is verbrokkeld. De politiek en de macht zijn in handen van een kleine groep bevoorrechten uit de samenleving. Desondanks vormt deze periode de bakermat van het moderne Europa: de Europese economie krijgt voor het eerst een mondiale reikwijdte, al groeien in dit opzicht ook de tegenstellingen tussen Oost- en West-Europa; tijdens renaissance, humanisme en verlichting worden belangrijke uitgangspunten van het moderne gedachtegoed geformuleerd, hetgeen tot een veranderend mens- en wereldbeeld leidt en bijvoorbeeld grote consequenties heeft voor de ontwikkelingen op het gebied van de religie en de wetenschappen. Ook ontstaan in deze periode de eerste moderne gecentraliseerde staten. De cursus Inleiding cultuurgeschiedenis 1 biedt aan de hand van uiteenlopende bijdragen van vooraanstaande historici een overzicht op hoofdlijnen van de geschiedenis van Europa in de periode 1450-1800, en van de belangrijkste en meest karakteristieke aspecten van de vroegmoderne samenleving.
Voorts zal kort worden gereflecteerd op de vraag wat geschiedenis is en op de geschiedenis van de geschiedschrijving (historiografie). Omdat het om een cursus op inleidend niveau gaat, staat hierbij, net als elders in de cursus, wel het cognitieve element centraal. In de cursus wordt ook geoefend met enkele academische vaardigheden. Er wordt bovendien kennisgemaakt met de bibliografische conventies en met het zelfstandig zoeken naar wetenschappelijke literatuur in catalogi en databases. Op basis van een aangereikte casus zal naar relevante publicaties worden gezocht.
Leerdoelen
Kennis van en inzicht in de ontwikkelingen en achtergronden van de geschiedenis van Europa in de periode 1450-1800 en van de belangrijkste kenmerken van de vroegmoderne samenleving. Er wordt aandacht besteed aan de historiografie van een aantal belangrijke kernthema’s en vraagstukken betreffende het ancien regime.
Kennis en inzicht in wat geschiedenis is en wat de historiografie inhoudt. Het leren zoeken naar relevante wetenschappelijke literatuur in de belangrijkste catalogi en databases en het toepassen van bibliografische conventies.
Bron: Open Universiteit